Historische gebouwen in Saint-Germain-en-Laye

Het Château Vieux van Saint-Germain-en-Laye verbergt historische geheimen binnen zijn muren. Onthul de mysteries in het nationaal archeologisch museum van Saint-Germain, van de prehistorie tot de vroege middeleeuwen.Het museum biedt rondleidingen, met aangepaste activiteiten voor kinderen, opdat ze in contact met archeologische ontdekkingen kunnen leren, begrijpen en bewonderen. Zo kunt u voor de gratis grondleiding een app downloaden die meer uitleg geeft over de rijkdom en de verscheidenheid van de collecties. "Ontdekking van de collecties" is het eerste parcours dat de app "ArcheoMAN" biedt. Dit parcours is een echte reis door de tijd en begint met de schedel van een megaceros in de prehistorische galerie en eindigt met de wapens van de Vikingen in de vroege middeleeuwen. De 70 voorwerpen die op de app staan laten u door verschillende tijdperken reizen en vergezellen de rondleiding door de zalen van het museum. Na het bezoek van het kasteel en de collecties, richting de daken en de terrassen, als het weer het toelaat, voor een fantastisch uitzicht. Het hele domein en de vallei van de Seine liggen hier aan uw voeten! Ontdek archeologie met het gezin, verken het museum vanuit een originele en leuke hoek!

Om de bezoekers beter te kunnen ontvangen en het gebouw te renoveren is het museum Maurice Denis sinds 31 juli 2018 tijdelijk gesloten. De heropening staat gepland voor het tweede semester van 2019.De gewelfde gangen van het departementale museum Maurice Denis onthullen een rijke geschiedenis en het schenkt ruime aandacht aan schilders van het symbolisme en de nabi-beweging. Hun werken kunt u tijdens de rondleiding bewonderen. Het indrukwekkende gebouw, dat tegenwoordig op de lijst van historische monumenten staat, werd aan het eind van de 17e eeuw gebouwd op aanvraag van Madame de Montespan en was een openbaar koninklijk armenziekenhuis. In 1914 koopt Maurice Denis dit gebouw dat in de tuin stond waar hij al een atelier had. Hij knapt het op, noemt het "Le Prieuré" en woont hier met zijn gezin tot aan het eind van zijn leven. Het waarborgkapitaal van het museum is in 1976 door de familie van Maurice Denis gevormd, dankzij een speciale schenking. Sindsdien is de collectie dankzij meerdere schenkingen uitgebreid en er zijn kunstwerken aangekocht van schilders van het symbolisme en de nabi-beweging, deze innovatieve kunstbeweging aan het eind van de 19e en het begin van de 20e eeuw. Naast de werken van Maurice Denis met religieuze en familiale thema's, intieme scènes of landschappen van Italië en Bretagne, worden dus ook schilderijen van Sérusier, Bonnard, Ranson, Vuilliard tentoongesteld,… die tot de vrienden van de artiest werden gerekend. Ga vooral ook de kapel van het oude ziekenhuis binnen, één van de juweeltjes van deze plek. Het unieke decor is het meest complete en meest karakteristieke religieuze werk van de artiest. De tuin waar het museum in staat is tegen de heuvel aangelegd en nodigt uit tot een rustige wandeling, met gevarieerde landschappen en een rijk botanisch parcours. Rondom het museum een eerste niveau met beelden van Antoine Bourdelle, intieme vriend van de eigenaar, dat wordt gevormd door een schaduwrijke binnenplaats en een lang terras met lindebomen en eeuwenoude taxusbomen. Hiervandaan komt u in de laan van de rozen en in een groots theater in het groen met grote bomen eromheen. Beneden liggen de oude fruitbomen en de moestuin, met een fontein en een vijver. Als u door deze harmonieuze tuin wandelt zult u het belang van de natuur in de werken en in het leven van de schilder beter begrijpen. De tuin is tegenwoordig de ideale ruimte voor workshops van beeldende kunst en voor concerten in de buitenlucht... Een museum en een collectie die u niet mag missen middenin Saint-Germain-en-Laye!

De "Rampe des grottes" en de "mur des lions" zijn met de paviljoens Henri IV (waar Lodewijk XIV werd gedoopt) en Sully (in Le Pecq) de laatste overblijfselen van het Château-Neuf en van de prachtige compositie van tuinen en terrassen die tot aan de Seine liepen.De Rampe des Grottes was vroeger prachtig ingericht: er waren hydraulische automaten in aangebracht, tot het grootste vermaak van koning Henri IV en zijn gasten. Men kon van onderaan de in terrassen aangelegde tuinen tot aan het Château-Neuf komen. Prestigieuze artiesten, zoals de gebroeders Francini, hebben meegeholpen aan de realisatie van de zeven kunstmatige grotten die onder deze terrassen liggen. Iedere grot bevatte geweldige geautomatiseerde fonteinen. EEN SITE DIE IN 2017 EEN PRIJS HEEFT GEWONNEN De "Rampe des Grottes" staat vandaag de dag op de lijst van historische monumenten en heeft in 2017 de regionale prijs "Rubans du patrimoine" gewonnen. DE RAMP TOT LEVEN GEWEKT VOOR DE ERFGOEDDAGEN 2017 Dit jaar, tijdens de Europese erfgoeddagen, heeft het gezelschap Carabosse besloten de ramp in het zonnetje te zetten, door het met 1000 fakkels te verlichten. Smeedijzeren installaties, die door een zachte mechaniek worden geanimeerd, en eclectische muziekconcerten en fakkels, die langs de ramp zijn opgezet, hebben deze prestigieuze plek weer tot leven gewekt. Behalve de "Rampe des grottes" zijn er nog andere overblijfselen van het tweede kasteel van Saint Germain en Laye overgebleven: de "mur des lions" en de paviljoens Henri IV (waar Lodewijk XIV gedoopt werd) en Sully (in de gemeente van Le Pecq). Deze zijn allemaal gerestaureerd en hebben een nieuwe functie gevonden, zoals het Hotel-Restaurant Pavillon Henri IV, waar wij een rondleiding organiseren op zaterdag 20 januari 2018. Luister naar de podcast van het interview van Victoria Bernard (verblijf medewerkster van het VVV) op France Bleu tijdens een rondleiding in Saint-Germain-en-Laye: www.francebleu.fr/emissions/le-tour-de-l-ile-de-france-en-40-jours-09h45/107-1/etape-2-visite-guidee-de-saint-germain-en-laye

De meer dan tien bunkers, die vandaag de dag nog steeds in Saint-Germain-en-Laye verstopt liggen, getuigen van de sterke Duitse aanwezigheid tijdens de bezetting.Ze zijn onlosmakelijk verbonden met het stedelijke landschap, ook al zijn er maar een paar zichtbaar. Tussen 1940 en 1944 bezetten zo'n 20 000 Duitse soldaten en officiers de stad, dit was het hoofdkwartier van de Duitse troepen in het bezette gebied. Deze bunkers waren talrijk en vooral bedoeld als passieve verdediging. De bekendste bunker is ongetwijfeld die van de rue Félicien David. Deze bunker ligt half begraven en kon aan honderden militairen beschutting bieden als er gebombardeerd werd. In één van de zalen kwamen alle telefoonlijnen van de Atlantische frontlinie samen bij de opperbevelhebber, de maarschalk Gerd von Rundstedt. De bunkers van Saint-Germain-en-Laye liggen op/in: - het park van het kasteel van Saint-Germain-en-Laye - Cité Médicis | rue Thiers - Pavillon Henri IV | onderaan het hotel - Quartier Gramont | rue Saint-Louis - 25 bis rue Alexandre Dumas - Villa David | rue Alexandre Dumas - College Marcel-Roby | er liggen twee bunkers verborgen in het park - Rue Félicien-David | de schuilplaats van de commandopost van Von Rundstedt, onzichtbaar vanaf de weg - 4 rue Félicien-David | schietpost die boven het trottoir uitstak - 13 rue des Monts-Grevets | schiettoren in een tuin - 6 bis boulevard Victor-Hugo | zichtbaar vanaf de rue Bellevue - 13 boulevard Victor-Hugo | tegenwoordig een garage - 10 ter boulevard Victor-Hugo | schuilplaats onder de struiken Om veiligheidsredenen is het vandaag de dag verboden de bunkers binnen te gaan.

Vele koningen en hun tuinarchitecten hebben eraan meegewerkt om van het nationale domein een zeldzame parel te maken, waar in de 16e eeuw de mooiste tuinen van L'Île-de-France lagen.Een van de belangrijkste elementen van het domein van Saint-Germain is het beroemde terras, dat door de tuinman van Lodewijk XIV, André Le Nôtre, werd ontworpen en dat een prachtig panorama op heel westelijk Parijs biedt. Maar het nationale domein is ook 70 hectare beschermd natuurgebied, dat in de 16e, 17e en 19e eeuw is gecreëerd. Het is vooral Henri IV die het park mooier heeft gemaakt door er, aan het eind van de 16e eeuw, zes tot aan de Seine lopende terrassen, galerijen met open gewelven en somptueuze grotten heeft laten bouwen. Daarna, onder het bewind van Lodewijk XIII, verliezen de tuinen hun pracht en het is Lodewijk XIV die Le Nôtre opdraagt nieuwe tuinen aan te leggen, tussen 1662 en 1674, wat leidt tot de beroemde siertuinen met bloembedden. Wandelaars en joggers komen vandaag de dag met veel plezier door deze Franse tuinen, met beeldende namen, zoals le Boulingrin, le Grand Parterre en le Jardin de la Dauphine. De Engelse tuin, die in 1845 door Loaisel de Tréogate, ingenieur van het domaine de la Couronne, is aangelegd, staat op een oud stuk bos en heeft opvallende bomen. Tegenwoordig is het domein afgestemd op gezinnen. Het is een leuke plek met speeltuinen, maar ook met restaurants die lunches en snacks aanbieden.

Het Château-Vieux van Saint-Germain heeft door de eeuwen heen vele koningen in zijn midden gehad, tot aan Napoleon III die er het nationale archeologische museum in maakte, dat we vandaag de dag nog kennen. Leer meer over de geschiedenis./ EEN KONINKLIJKE WONING / Het kasteel van Saint-Germain dat imponeert met zijn elegante renaissance silhouet is eigenlijk het derde bouwwerk van een serie, begonnen door Lodewijk VI in de 17e eeuw. De eerste burcht, die na de Honderdjarige Oorlog in een ruïne is veranderd, wordt vervangen door een tweede vijfhoekige constructie, die door Karel V wordt opgedragen. Uiteindelijk is het Frans I die het renaissance kasteel door Pierre Chambiges laat bouwen. Frans I en de koningen die hem opvolgden kwamen hier vaak. Henri II zette het werk van zijn vader voort en begon de bouw van het Château-Neuf waar Lodewijk XIV op 5 september 1638 wordt geboren. Henri IV heeft dit bouwwerk voltooid. Uitkijkend over de Seine, is dit kasteel een echt droomhuis voor de koning en zijn hofhouding geworden. De vorst laat er tuinen en terrassen aanleggen die tot aan de rivier lopen. Het Château-Neuf van Saint-Germain was toentertijd één van de mooiste kastelen van Europa. Onder het bewind van Lodewijk XIV wordt Saint-Germain de hoofdstad van de regering van het koninkrijk en het Château-Vieux wordt de permanente verblijfplaats van de koning, van 1666 tot 1682, jaar waarin het hof naar Versailles verhuisd; de configuratie van het centrum dateert uit dit tijdperk. Er hebben grootse evenementen plaatsgevonden in dit kasteel: doping van de kroonprins, huwelijk van Mlle de Blois en de prins van Conti, grootse feesten: concerten, bal, theatervoorstellingen. De werken van Molière en Lully worden zeer gewaardeerd door de koning. Aan het eind van de 18e eeuw raakt het Château-Neuf in verval en wordt verwaarloosd. Er zijn nog maar een paar overblijfsels van over die nog aan het kasteel herinneren, zoals "La Rampe des Grottes" en "Le Mur des Lions". / TEGENWOORDIG, EEN NATIONAAL ARCHEOLOGISCH MUSEUM / Napoleon III laat het Château-Vieux door Eugène Millet restaureren, die met name de hoekpaviljoens afbreekt die door Lodewijk XIV waren toegevoegd. De keizer installeert hier in 1867 het "Museum van Keltische en Gallo-Romeinse antiquiteiten". Tegenwoordig is dit het nationale archeologische museum. De oude zalen van dit renaissance bouwwerk laten archeologische collecties zien, die tot de rijkste ter wereld behoren. / HET HOF EN DE KAPEL VAN HET KASTEEL / Lodewijk IX, ofwel Saint-Louis, voegt er tussen 1230 en 1238 een kapel aan toe en de stijl wordt gekopieerd voor de Sainte-Chapelle in Parijs. Hier worden vele koninklijke dopen en huwelijken gehouden. Daarna is het Frans I die bakstenen aan de stenen toevoegt en het renaissance kasteel laat bouwen zoals we dat vandaag de dag kennen. En hij trouwt op 18 mei 1514 in de Palatijnse kapel met Claude de France. Op de binnenplaats kunnen de meest oplettende bezoekers een "trompe l’œil" zien. Probeer deze te vinden… Kijk omhoog als u de Palatijnse kapel in een verblindende gotische stijl binnengaat, het oudste bewaard gebleven bouwwerk, en bewonder de gekruiste gewelven die versierd zijn met zeven driedimensionale hoofden en probeer dat van Saint Louis terug te vinden! Gratis toegang, behalve tijdens bepaalde tijdelijke exposities.

Een unieke plek, waar alle spullen die met de beroemde Franse componist te maken hebben in het huis waar hij geboren is zijn samengebracht: het geboortehuis van Claude Debussy, in het historisch centrum van Saint-Germain-en-Laye.In dit huis, dat eigendom is van de stad, wordt Claude Debussy op 22 augustus 1862 geboren en hij woont hier in zijn kindertijd. Zijn vader had een winkeltje in serviesgoed en keramiek op de begane grond. Heel snel na zijn dood in 1918 is dit de belangrijkste ontmoetingsplek van zijn bewonderaars geworden. Achter een deur ligt een prachtig binnenplaatsje verstopt, met een schitterende houten trap, dat u naar het museum leidt. Het museum, dat het label "Maison des illustres" draagt, toont voorwerpen en foto's die het creatieve proces van de componist beter doen begrijpen. Hij hield er van zich te omringen met originele voorwerpen van verschillende artistieke stromingen en dit heeft zijn muziek sterk beïnvloed. Zo is een gelakt paneel uit Japan, dat uit zijn Parijse herenhuis vandaan komt – met twee vissen die onder een treurwilg zwemmen – een muziekstuk geworden "Poissons d’or", dat op de piano wordt gespeeld (1907). Een klein museum, maar een mooi eerbetoon aan één van de grootste Franse componisten!

Ga terug in de tijd van koning Lodewijk XIV, in één van de vele herenhuizen van Saint-Germain-en-Laye, en ga naar dat van de hertogin van Noailles.Deze woning is tussen 1678 en 1682 gebouwd door Jules Hardouin-Mansart, eerste architect van koning Lodewijk XIV, op verzoek van de hertog van Noailles, en werd in 1832 in tweeën gedeeld toen de rue d'Alsace werd aangelegd. Tegenwoordig opent de eigenaar zijn prachtige woning bij mooi weer voor publiek. U kunt er met houtwerk versierde salons uit de 18e eeuw en beelden in de tuin bewonderen. De tuin staat op de aanvullende inventaris van historische monumenten, net zoals het dak en de gevel. Reserveer uw bezoek bij het VVV, u betaalt de dag zelf ter plekke.

Het museum is in 1872 ontstaan ​​uit de zeer rijke verzameling kunstwerken die Louis-Alexandre Ducastel aan de stad heeft nagelaten.Sindsdien is het rijk blijven groeien dankzij schenkingen van kunstliefhebbers en Sint-Duitse kunstenaars, waaronder de beeldhouwer Honoré Icard, de schilders François Bonvin, Édouard Detaille, Maurice Denis, en vooral Paul Vera en zijn broer André, stedenbouwkundige en tuin theoreticus die in 1968 talrijke werken en de volledige collectie van hun atelier aan de Stad schonk. Sinds 2002 geniet het museum het label “Musée de France”. De dienst gemeentelijke collecties zorgt voor de bewaring, restauratie, studie en presentatie aan het publiek van bijna 9.000 werken, variërend van de Egyptische oudheid tot de 20e eeuw - inclusief een uitgebreide grafische set (tekeningen en prenten) - en een van de best bewaarde apothekers in Frankrijk . Sinds 2021 draagt ​​het museum de naam Ducastel-Vera.