De 'Tour Valenciennoise', uit het midden van de 14e eeuw, is het enige overblijfsel van de tweede stadswallen, dat nog zichtbaar is. Deze stadsmuren, waarvan de bouw begon op het einde van de 13e eeuw en pas een eeuw later beëindigd werd, waren voorzien van torens, verschillende poorten en grachten. De muren evolueerden mee met hun tijd en werden in de 15e eeuw versterkt met bastions en, in de 16e en 17e eeuw met buitenverdedigingswerken die aangelegd werden door achtereenvolgens Franse, Oostenrijkse en Hollandse militaire ingenieurs. De 19e eeuw luidde de doodsklok voor de verdedigingswerken. In 1815 werden de poorten afgebroken en de stadswal verdween gaandeweg vanaf 1861.
De zogenaamde Tour Valenciennoise is een cilindervormige constructie, bestaande uit zandsteenblokken. De stevigheid en zijn 4 meter dikke muren hebben bijgedragen tot het behoud tijdens de opeenvolgende afbraakcampagnes die eindigden met het verdwijnen van de stadswallen van de 16e eeuw. Er is geen enkele zekerheid over de oorspronkelijke configuratie van de toren, die misschien ooit bekroond was met een terras. Hij werd nochtans vaak afgebeeld en beschreven, onder meer door Vauban op het einde van de 17e eeuw, die sprak van een konisch of peperbusdak. Na 1865 werd de toren opgenomen in de kazerne-infrastructuur van de cavalerie die op de site werd gebouwd. De progressieve ontmanteling van deze gebouwen, die begon in de jaren 1950, maakte de toren ontdaan van elke militaire context. De Tour Valenciennoise werd gerestaureerd tussen 2005 en 2009 door de Regie der gebouwen.
Geklasseerd op 04-11-1976
Uitzonderlijk erfgoed van Wallonië