Deze kanaaloever werd al in de 11e eeuw gebruikt voor het reinigen van huiden. Verwerking van wol, hennep en huiden, verven, spinnen en weven waren belangrijke activiteiten in de Middeleeuwen en in de moderne tijd.
De locatie van de leerlooierijen wordt verklaard door de behoefte aan een sterke waterstroom, geleverd door het bypass-kanaal van de molens van de abdij. Tegelijkertijd was een ligging buiten het centrum van de stad belangrijk met het oog op de stankoverlast en de gezondheidsrisico's van de activiteit. De laatste looierij werd in 1889 stilgelegd.
Stad, stad en district