De champagnetocht door de Ource vallei

In de regio Barséquanais bieden ongeveer 400 km paden een grote verscheidenheid aan thematische wandelingen. Die van de GRP du Champagne de la vallée de l'Ource volgt in de voetsporen van de beroemde schilder Auguste Renoir.

Na Bar-sur-Seine, een stadje dat wordt doorkruist door de GR 2, lopen we richting Notre-Dame-du-Chêne, een van de uitzonderlijke kapellen — samen met die van het nabijgelegen Avaleur Templar Commando — genesteld in de heuvels boven de stad. Het is een bedevaartsoord vol rust en mysterie, omringd door bos. Langs de Val Verrière gaan we richting een lus van de Seine rond het Manoir Devaux en zijn uitgestrekte park beplant met bomen, eigendommen van het Champagnehuis met dezelfde naam. We volgen de rivier die plotseling verbreedt en komen aan bij Polisot. Een zeer lange brug leidt naar de andere oever waar u een kleurrijk washuis kunt bewonderen. Net als de kerktoren wordt hij weerspiegeld in het water. De molens van de papierfabrieken zijn verdwenen, maar net voor het oversteken van de D 671 ontdekken we de silo's van de Soufflet graanfabriek, het bewijs dat verschillende oogsten goed gedijen in deze regio, ook al werd er voornamelijk voor de wijnstok gekozen in de afgelopen vijftig jaar. Het bewijs vinden we in Celles-sur-Ource: deze gemeente is een van de gemeenten met het grootste aantal druivenoogsters en wijnbouwers in de hele Champagnestreek. De borden van wijngaarden, de grote sepiafoto's aan de muur of grote geschilderde fresco's geven blijk van een diepgewortelde wijntraditie. Die traditie gaat zelfs terug tot de tijd van de Romeinen, maar kende een spectaculaire groei (12de tot 18de eeuw) toen de monniken van de abdij van Mores het landschap en de economie van het gebied vorm gaven. We zijn hen de brug verschuldigd die naar Landreville leidt, maar nemen die niet omdat de Rue de la Voie du Bois ons naar heuvels leidt die beplant zijn met kleine bosjes tot aan Essoyes. Bij de ingang van dit dorp, aan de linkerkant, vindt u op het kerkhof het graf van Auguste Renoir en zijn vrouw Aline Charigot, een van zijn modellen. Als inwoner van de stad liet ze de schilder kennismaken met de charme van de Côte des Bar, waar hij een huis kocht om zijn zomers door te brengen. Het kan bezocht worden, net als zijn werkplaats. In het centrum van het dorp vertelt een ruimte genaamd "Du Côté des Renoir" de geschiedenis van een familie van prestigieuze kunstenaars. Het landelijke pad leidt ons naar Noé-les-Mallets en dan terug richting Bar-sur-Seine, deze keer via de vallei van Arce (zelfde route als de GRP des Deux Bar, elders te vinden).