
Door zijn geologische structuur zit de heuvel vol met bronnen, zowel in de middeleeuwse gordel als op de vlakte.
Een bijzonder kenmerk van Laon is dat het ontstaan van deze bronnen uit verschillende waterlagen (kalksteen en zand) de ontwikkeling van wijken met watervoorziening stimuleerde, zoals Semilly en Ardon in de benedenstad en de abdij Saint-Vincent in de bovenstad.
Vandaag de dag vergeten, verdienen deze werken meer bekendheid. Tijdens deze rondleiding ontdek je de geologische aard van de heuvel, de bijbehorende flora en het erfgoed dat rond het water is ontstaan!
De flora op de hele heuvel is overwegend kalkhoudend en weerspiegelt niet de aard van het overwegend zandige terrein, met uitzondering van de kalksteenlagen op de top. Deze zijn bedekt met “colluvium” verrijkt met calciumcarbonaten, veroorzaakt door afvloeiing en erosie van de kalksteen.
Al deze milieus zijn in de loop der eeuwen door de mens ingrijpend veranderd.
In droge gebieden (zoals het hellende gebied rond de rue de la Vieille Montagne) kun je het volgende tegenkomen :
In vochtige gebieden (zoals het gebied rond de begraafplaats van Bousson) met een grondwaterstand die sterk verstoord zijn door de mens, zie je :