Als je Arudy verlaat en de Col de Marie-Blanque route neemt, heb je het voordeel dat je je benen een paar kilometer kunt draaien voor een bucolische warming-up langs de oevers van de Gave en de groene route van Ossau. De beklimming begint echt in Bielle en hoewel het welkomstbord een gemiddeld stijgingspercentage van 5,2% over 11 km aankondigt, is dit nog steeds een (misleidend) gemiddeld stijgingspercentage en deze gemakkelijke opmaat komt goed van pas. De klim is eigenlijk een helling in twee fasen. De eerste vier kilometer zijn het steilst, met stijgingspercentages die de 10% naderen. Maar het uitzicht is opmerkelijk, zowel over de vallei als over het bergdorp Bilhères-en-Ossau. De tussenliggende oversteek van het Benou-plateau geeft je de kans om op adem te komen tussen de koeien en paarden die vrij grazen in een pittoreske omgeving. Je hoeft nog maar één lastige kilometer over te st
Bilhères-en-Ossau est un village très représentatif de l'habitat montagnard : tourné vers le soleil pour affronter les rigueurs de l'hiver, un habitat groupé pour laisser disponible le maximum de terres cultivables, des prés entretenus, fauchés, et délimités par des murets en pierre, la ressource en bois de chauffe à portée de main dans les pentes les plus fortes.
A quelques minutes de marche du village de Bilhères-en -Ossau, le plateau du Benou est une zone de pacage providentielle pour de nombreux propriétaires de bétail. La pratique de mise en estive (pâturage d'été) se perpétue et explique la présence de nombreux troupeaux de vaches et chevaux qui circulent librement sur le plateau.
Avant d'être un nom de col, la Marie-Blanque est le surnom d'un oiseau migrateur qui séjourne dans les Pyrénées d'avril à septembre, le vautour percnoptère, qui plane souvent près des troupeaux. D'un blanc marqué, souligné d'une frange de plumes noires, on le surnomma dans la vallée la Marie-Blanque (Marie blanche).
Signalétique routière
Pad voor trektochten
2 tot 3 uur
Natuur